Heer, geef ons meer geloof

Wanneer je over je eigen geloof nadenkt, kun je het gevoel hebben dat je als een koorddanser over een strakgespannen kabel gaat. Het ene moment voelt de lijn heel stevig onder je voeten. Een ander moment is het mogelijk je concentratie te verliezen en ben je teveel met andere dingen bezig waardoor je gaat twijfelen. En wanneer de lijn onder je voeten beweegt, is het mogelijk dat je over stevigheid van de kabel en de hele constructie gaat twijfelen. “Houdt deze mij wel?” Hoe komt de koorddanser aan de overkant? Hoe kan hij zeker zijn van zijn zaak?

Geloof is een zaak van vertrouwen

Voordat een acrobaat op het koord gaat staan, wil hij ervan overtuigd zijn dat de constructie deugt. De stellage moet op de juiste manier in elkaar zijn gezet en de kabel moet goed gespannen zijn. Als hij erop kan vertrouwen dat dit goed verzorgd is, kan hij het koord op.

Bij geloof gaat het ook om vertrouwen. Wanneer je in God gelooft, stel je je vertrouwen op Hem. Wanneer je dat doet, doe je dat niet tevergeefs. Op allerlei manieren laat God van zich horen en laat hij zien dat hij er is.

Koning David heeft veel hoogte- en dieptepunten in zijn leven gekend. In die situaties spreekt hij steeds zijn vertrouwen in God uit. Hij heeft dit ook in zijn psalmen verwoord. Hij gebruikt daarvoor woorden als: schild, burcht, sterkte en rots. Het zijn allemaal solide begrippen. Omdat God betrouwbaar is, zijn dit logische vergelijkingen.

Ondanks dat dit fundament degelijk is, kan het gebeuren dat je aandacht van God wordt afgeleid en dat het zicht op God verflauwt. Ook hiervan worden in de Bijbel allerlei voorbeelden gegeven. Soms ging dit zo ver, dat levenloze beelden of stukken hout de plaats van God innamen. God leek te zijn afgedaan. Wanneer dit het volk Israël overkwam, werden zij op verschillende manieren opnieuw bij de les gehaald: soms gebeurde door leiders die daarin het goede voorbeeld gaven, zoals Josia. Op andere momenten werd het volk hier in toespraken aan herinnerd. Ook heeft God meerdere keren hoorbaar gesproken. Dat wakkerde het vertrouwen weer aan.

Om over na te denken
▶ Met welke begrippen kun jij jouw vertrouwen in God omschrijven?
▶ Hoe laat God in jouw leven merken dat Hij betrouwbaar is?
▶ Wat kan jou van God afleiden?
▶ Op welke manieren heeft God jou op die momenten  opnieuw bij Hem bepaald?

Je vertrouwen testen

Soms vertrouw je onmiddellijk op iets of iemand. Meestal moet vertrouwen groeien. Dat is helemaal niet vreemd. Dat is ook zo in de relatie die je met God hebt. God geeft ons ook ruimte om ons vertrouwen te laten groeien.      
     
Mozes werd door God voor een enorme taak geplaatst. Hij kreeg de opdracht om naar de farao te gaan en om het joodse volk uit Egypte te bevrijden. Mozes zag hier erg tegenop en moest leren dat hij daarbij helemaal op God kon vertrouwen. Voordat hij de confrontatie met farao aanging, gaf God Mozes de mogelijkheid om bijzondere tekenen te doen. God liet hem een stok in een slang veranderen. Pakte hij die slang op, dan werd het weer een stok. Ook liet God de hand van Mozes melaats worden en genas deze weer.  Voordat hij deze wonderen aan de farao zou tonen, kreeg hij de mogelijkheid om droog te zwemmen. Dat gaf Mozes de ruimte om in vertrouwen op weg te gaan. 

Ook Gideon werd door God voor een bepaalde opdracht uitgekozen. Hij moest de Midjanieten en andere woestijnvolken verslaan, die jaarlijks de oogst van de Israëlieten roofden. Hoewel Gideon God aanvankelijk verweet dat hij niets tegen die invallen deed, zette hij zich voorzichtig over zijn mening heen door God een teken te vragen. Hij kreeg deze toen hij de boodschapper eten bracht. Ook heeft hij God tweemaal een teken gevraagd met een wollen vacht. Hij kreeg de bevestiging die hij vroeg. Zijn vertrouwen groeide, waarna hij kon doen wat hem gevraagd was.

Om over na te denken
▶ Mag je God om een teken vragen? Wanneer zou je dat kunnen doen?
▶ Heb jij dat weleens gedaan? Wanneer was dat? Wat gebeurde er toen? Hoe beïnvloedde dit jouw keuze?

Vertrouwen in de praktijk

Paulus heeft in zijn leven veel van Gods liefde en van Gods handelen gezien. Aan de kerk in Korinthe schrijft hij dat hij in vertrouwen op God leeft. Dat is voor hem de reden om te doen wat God wil. Het vaste geloof in God zette hem tot actie aan en beïnvloedde zijn keuzes. Dat zorgde ervoor dat hij voor God bruikbaar was.

God vraagt ook van ons dat wij niet alleen dat wij op Hem vertrouwen, maar dat ook dat wij ons leven op het fundament van ons geloof  bouwen.

Niet iedereen vertrouwt altijd even sterk. Er kunnen mensen in je omgeving zijn die daar moeite mee hebben. Wij hebben dan de opdracht om hen te ondersteunen, zodat ook hun vertrouwen kan groeien.
God laat niemand in de steek. Wanneer er niemand meer lijkt te zijn, dan vangt hij ons op en draagt hij ons als op vleugels van een arend. Dat heeft hij altijd gedaan.

Om over na te denken
▶ Wat heb jij nodig om meer op God te kunnen vertrouwen?
▶ Op welke manier kun jij andere gelovigen in hun vertrouwen op God ondersteunen?